In 2005 verwoestten de orkanen Katrina en Rita steden en stadjes door heel Mississippi, Alabama en Louisiana waarbij ze duizenden dakloos en rampenbestrijdingssystemen overweldigd achterlieten.
Scientology Pastoraal werkers waren een van de eersten die arriveerden met hulp voor de bevolking van het gebied en de reddingswerkers die geconfronteerd werden met massale redding en herstel operaties. Meer dan 1.000 Pastoraal werkers vanuit de Verenigde Staten en elders beantwoordden de oproep voor hulp, en ondersteunden reddingsteams en verstrekten fysieke en geestelijke hulp aan aan gewonde en radeloze slachtoffers.
Samen met de plaatselijke autoriteiten en andere hulporganisaties hielpen ze om tijdelijke onderkomens op te zetten voor diegenen die hun huizen hadden verloren, voorzagen hen van voedsel en water en deelden kleding en voorraden uit. Ook leverden zij duizenden Scientology Assisten aan hen die waren getroffen door de stormen.
In de daaropvolgende weken bleven Pastoraal werkers in het gebied, gaven seminars en workshops in opvangcentra en buurtcentra en deden wat er ook maar nodig was om stabiliteit in de meest verwoeste gebieden te herstellen.
Orkanen en tornado’s keren voortdurend gemeenschappen ondersteboven in de “tornado-zone” in de Verenigde Staten – het Middenwesten en de staten aan de Golf van Mexico. Pastoraal werkers mobiliseren om in iedere nieuw geval van een natuurramp te helpen.
“Onze staat Louisiana heeft enorme klappen gekregen van de orkanen Katrina en Rita. Wat ik de Pastoraal werkers voor elkaar zag krijgen was fantastisch. De opvangcentra waren goed georganiseerd, vrolijk, geen problemen met discipline. De mensen werden lichamelijk, mentaal en geestelijk verzorgd.
Ieder van ons in Vermillion Parish weet nu dat wanneer hier een ‘Geel shirt’ (uniform van de Pastoraal Werkers) arriveert om te helpen, wij er op kunnen rekenen dat ze de situatie onder controle zullen krijgen en begrip zullen brengen. En we weten nu allemaal dat wat er ook gebeurt, er kan iets aan gedaan worden.” – Louisiana staatssenator, 2005